Modelo OPENVOUWEN (desplegar)
El modelo openvouwen (desplegar) pertenece a los verbos débiles o regulares con prefijo separable. Estos verbos eliminan la desinencia –en de infinitivo y añaden las terminaciones de todos los tiempos verbales sin ningún cambio. También utilizan la desinencia –de para formar el pasado. Es una conjugación mixta porque el participio pasado se forma igual que el de los verbos fuertes:
OPENVOUWEN (desplegar) |
|||
---|---|---|---|
INDICATIVO | |||
Presente | Perfecto | Pretérito |
Pluscuamperfecto |
ik vouw open jij vouwt open hij vouwt open wij vouwen open jullie vouwen open zij vouwen open |
ik heb opengevouwen jij hebt opengevouwen hij heeft opengevouwen wij hebben opengevouwen jullie hebben opengevouwen zij hebben opengevouwen |
ik vouwde open jij vouwde open hij vouwde open wij vouwden open jullie vouwden open zij vouwden open |
ik had opengevouwen jij had opengevouwen hij had opengevouwen wij hadden opengevouwen jullie hadden opengevouwen zij hadden opengevouwen |
Futuro |
Futuro perfecto | CONDICIONAL | |
ik zal openvouwen jij zal openvouwen hij zal openvouwen wij zullen openvouwen jullie zullen openvouwen zij zullen openvouwen |
ik zal opengevouwen hebben jij zal opengevouwen hebben hij zal opengevouwen hebben wij zullen opengevouwen hebben jullie zullen opengevouwen hebben zij zullen opengevouwen hebben |
Presente | Pasado |
ik zou openvouwen jij zou openvouwen hij zou openvouwen wij zouden openvouwen jullie zouden openvouwen zij zouden openvouwen |
ik zou opengevouwen hebben jij zou opengevouwen hebben hij zou opengevouwen hebben wij zouden opengevouwen hebben jullie zouden opengevouwen hebben zij zouden opengevouwen hebben |
||
PARTICIPIO | |||
IMPERATIVO | INFINITIVO | Presente | Pasado |
vouw open |
openvouwen |
openvouwend |
opengevouwen |
Libros relacionados