Modelo BESCHAVEN (civilizar)
El modelo beschaven (civilizar) pertenece a los verbos débiles o regulares prefijados. La vocal –a de la raíz pasa a –aa y la consonante –v pasa a –f en el singular del presente de indicativo, en el imperativo, en el pasado y en el participio pasado. También utilizan la desinencia –de para formar el pasado. El participio pasado no añade el prefijo ge-, solo la desinencia –d final:
BESCHAVEN (civilizar) |
|||
|---|---|---|---|
| INDICATIVO | |||
| Presente | Perfecto | Pretérito |
Pluscuamperfecto |
ik beschaaf jij beschaaft hij beschaaft wij beschaven jullie beschaven zij beschaven |
ik heb beschaafd jij hebt beschaafd hij heeft beschaafd wij hebben beschaafd jullie hebben beschaafd zij hebben beschaafd |
ik beschaafde jij beschaafde hij beschaafde wij beschaafden jullie beschaafden zij beschaafden |
ik had beschaafd jij had beschaafd hij had beschaafd wij hadden beschaafd jullie hadden beschaafd zij hadden beschaafd |
| Futuro |
Futuro perfecto | CONDICIONAL | |
ik zal beschaven jij zal beschaven hij zal beschaven wij zullen beschaven jullie zullen beschaven zij zullen beschaven |
ik zal beschaafd hebben jij zal beschaafd hebben hij zal beschaafd hebben wij zullen beschaafd hebben jullie zullen beschaafd hebben zij zullen beschaafd hebben |
Presente | Pasado |
ik zou beschaven jij zou beschaven hij zou beschaven wij zouden beschaven jullie zouden beschaven zij zouden beschaven |
ik zou beschaafd hebben jij zou beschaafd hebben hij zou beschaafd hebben wij zouden beschaafd hebben jullie zouden beschaafd hebben zij zouden beschaafd hebben |
||
| PARTICIPIO | |||
| IMPERATIVO | INFINITIVO | Presente | Pasado |
beschaaf |
beschaven |
beschavend |
beschaafd |
Libros relacionados
